Recycleren begint met sorteren. Maar wat gebeurt er nu allemaal met selectief ingezameld bedrijfsafval? Het is de vraag waar Valipac zich nu al een aantal jaren over buigt om de eindbestemming van, in eerste instantie bedrijfsmatig kunststof verpakkingsafval, in kaart te brengen. Op die manier kan ze controleren of het materiaal ook effectief gerecycleerd en niet verbrand of gestort wordt. Een oefening waar ze voor kunststoffen vandaag al 97% in haalt en waar ze nu een vervolg aan wil breien met papier en karton.
De Belgische bedrijven lieten in 2020 maar liefst 58 kt kunststof verpakkingsafval inzamelen. Ongeveer 30% van het materiaal wordt door inzamelaars rechtstreeks vermarkt naar een eindbestemming. “Een tendens die we uiteraard van harte toejuichen. Hoe meer lokale toepassingen er zijn voor de recyclage van kunststofafval, hoe beter. Daarom krijgen afvalophalers een extra premie als ze binnen de Europese Unie (20 euro/ton) of binnen een straal van 300 km (10 euro/ton daar bovenop) hun bedrijfsmatig kunststof verpakkingsafval laten recycleren”, vertelt Jens Poelaert die binnen Valipac verantwoordelijk is voor de traceerbaarheid. Het gros van het kunststof afval (70%) komt echter bij traders terecht. Het transportdocument verraadt in dat geval niets over waar het afval terechtkomt. “In 2020 ging dat om 40,5 kt. Al sinds 2018 sluiten we daarom overeenkomsten af met traders om meer inzicht te krijgen in die eindbestemmingen en dus de uiteindelijke recyclage van dat materiaal.”
Een grondig werk dat al veel vruchten afwerpt. In 2019 kon Valipac reeds 90% van de markt in kaart brengen door contracten af te sluiten met de voornaamste traders, in 2020 ging het al om 97%, goed voor 55,6 kt. “Daaruit blijkt dat 39% van het afval binnen Europa verwerkt wordt. De rest vindt zijn weg naar recyclagefaciliteiten in Turkije (24%) en Azië (37%). Een prestatie waar we best trots op zijn want we hebben op korte tijd bijna de volledige keten kunnen traceren. Al beseffen we wel dat de laatste tonnen, de moeilijkste zullen zijn”, aldus Poelaert. Maar het identificeren van de geografische locatie alleen volstaat niet. Zo voert Valipac zelf ook audits uit bij traders om meer garanties te krijgen. “In eerste instantie bij de traders ter plaatse waarbij we focussen op het bezit van de nodige vergunningen en controle uitoefenen op hun kwaliteitsmanagementsysteem en uiteraard ook op alle vergunningen van de recycleurs waarmee ze samenwerken.”
Om ook die recycleurs onder de loep te nemen sloot Valipac een samenwerking met SGS. “Een internationaal opererend bedrijf op het gebied van inspectie, controle, analyse en certificering. SGS heeft, door zijn wereldwijde vertegenwoordiging, kennis van de lokale wetgeving en de controle-autoriteiten. Tevens spreken hun auditors de lokale taal en zijn ze beter geplaatst dan ons om ter plekke te controleren of het uit België geleverde materiaal effectief gerecycleerd wordt en of dat onder de ‘broadly equivalent conditions’ gebeurt. Dat wil zeggen dat de algemene regels rond veiligheid, kinderarbeid, milieubescherming … gerespecteerd worden.” Vandaag werd al 34% van het tonnage bedrijfsmatig kunststof verpakkingsafval dat buiten Europa terecht komt aan zo’n audit onderworpen. Tijdens de inspecties werden geen ‘major issues’ vastgesteld en werden er kleine aanbevelingen gedaan, bijvoorbeeld om de brandveiligheid te verbeteren. Een proces dat dit jaar verder wordt geïntensifieerd. “Tegen 2024 willen we van 90% van het tonnage dat naar trading gaat, kunnen aantonen dat alles volledig compliant is.”
Een oefening die Valipac intussen ook begonnen is voor papier en karton. “Een heel andere markt omdat de recyclage van papier van oudsher goed is uitgebouwd in Europa. Er liggen lokaal meer verwerkingsmogelijkheden. Van de 455,6 kt die in 2020 werd ingezameld, werd 70% binnen Europa gerecycleerd en gaat slechts 30% naar traders. Op basis van de reeds bestaande samenwerking met Valipac operatoren kunnen we op de transportdocumenten de eindbestemming al terugvinden. Aangezien de vele recycleurs papier en karton over een ISO-certificering beschikken, zijn audits voorlopig niet aan de orde.”