Efficiëntie, levensduur, brandstofverbruik en veilig kunnen werken staan anno 2021 hoger op de innovatieagenda. En dat leidt tot bijzondere productontwikkelingen. In dit – geenszins uitputtende – artikel zetten we een aantal trends en ontwikkelingen op een rij, aan de hand van sprekende voorbeelden uit de markt.
Bijna alle fabrikanten van uitrustingsstukken kennen tegenwoordig een booster, powerbooster of amplifier. De namen verschillen, maar de techniek erachter is hetzelfde: een geïntegreerd hydraulisch systeem waarmee de hydraulische druk tijdelijk kan worden verhoogd en daarmee de kracht even enorm toeneemt. Handig wanneer grote brokken beton of enorme stukken staal vergruisd of geknipt moeten worden. Hydraram noemde het systeem Powerbooster en verwerkte het in zijn sloopscharen en vergruizers. De fabrikant stelt dat een maximale piekdruk van maar liefst 750 bar haalbaar is. De cyclustijd wordt er bovendien fors korter door, het gewicht van de uitrustingsstukken kan omlaag en de kracht neemt met een kwart toe. En doordat sneller gewerkt kan worden kan flink bespaard worden op brandstof en de uitstoot van schadelijke stoffen als CO2 en stikstof. Ook NPK werkt met een Powerbooster. Deze geïntegreerde drukverhoger treedt automatisch in werking, zodra de vergruizer tegendruk ondervindt. Daardoor zijn de uitrustingsstukken van NPK, met een relatief lage oliestroom, veel sneller en krachtiger terwijl andere hydraulische functies van de graafmachines onbeïnvloed blijven. En de machines zijn veel compacter, lichter in gewicht en gebruiksvriendelijker. Rotar spreekt liever van een Ramplifier. Die Rotar amplifier technologie stuurt op basis van weerstand. Komt die boven de 250 bar machinedruk, dan wordt de output met factor 2 verdubbeld. In de praktijk betekent dat een output van 500 bar, oplopend tot 700 bar. De Ramplifier is in de zuigerstang van beide cilinders gemonteerd. Demarec heeft zijn assortiment schrootscharen, vergruizers en combischaren uitgerust met het gepatenteerde Dema Power-System 2.0. De dubbelwerkende differentiaaltechniek geeft de uitrustingsstukken zeer korte cyclustijden en 20% extra kracht, doordat de cilinder is voorzien van drukkamers. Volgens Demarec kan de capaciteitswinst oplopen tot maar liefst 30%.
Ook hier verschillen de namen, maar stamt de techniek af van dezelfde vinding die in de beginjaren vooral in de Scandinavische landen werd toegepast, maar ondertussen ook in de Lage Landen niet meer is weg te denken. We hebben het natuurlijk over de tiltrotator, swingrotator, swingotilt, mRoto, Nox of Rotiltor. Eerst vooral in het grondverzet, maar ook de sloop- en recyclagesector heeft de techniek omarmd. Een graafmachine hoeft als gevolg van het draaikantelstuk minder verplaatst te worden om in de juiste positie te komen. Hierdoor gaat de productiviteit flink omhoog. Marktleiders zijn Rototilt, Engcon en Steelwrist, maar ook SMP, HKS, Pladdet en Kinshofer blazen een flink deuntje mee. Betrekkelijk nieuw is dat de draaikantelstukken steeds vaker direct aan de machinebesturing worden gekoppeld, waardoor een automatische kantelfunctie ontstaat. Engcon ontwikkelde en dergelijk systeem samen met Leica Geosystems en Rototilt sloeg de handen ineen met Trimbe. Het geeft machinisten volledige controle over de kantel- en draaihoeken van het uitrustingsstuk. Gecombineerd met nauwkeurige positionering betekent dat tijd- en brandstofbesparing. Deze nieuwe technologie maakt het werk aanzienlijk gemakkelijker voor de machinist, doordat de positie en oriëntatie van de bak altijd zichtbaar is, ongeacht hoe de bak wordt gedraaid. Het resultaat is dat de machinist aanzienlijk efficiënter en nauwkeuriger kan werken.
‘Het mag gerust revolutionair worden genoemd dat Rototilt en Steelwrist hebben besloten tot een gezamenlijk initiatief’
Net zo gemeengoed als de draaikantelstukken zijn de volautomatische snelwisselsystemen waardoor machinisten hun cabine niet meer hoeven te verlaten om een ander uitrustingsstuk aan de giek te hangen. De afgelopen jaren voegden steeds meer fabrikanten een automatisch snelwisselsysteem aan hun assortiment toe.
Marktleider en pionier is OilQuick, Steelwrist, Engcon en Rototilt volgden en ook Lehhoff produceert ze. En waar de snelwisselsystemen in eerste instantie vooral voor de grotere machines werden gemaakt (de Steelwrist SQ volautomatische snelwissels kunnen zelfs af fabriek worden geleverd op Volvo rups- en mobiele graafmachines tussen 13 en 35 ton) presenteerden Steelwrist en Rototilt kortgeleden ook snelwisselsystemen voor de compacte machines. Eerstgenoemde bracht in het afgelopen jaar de S30 snelwissel op de markt en Rototilt kondigde deze maand aan hun volledig automatisch snelwisselsysteem QuickChange verder uit te breiden. Er worden drie nieuwe maten aan het segment toegevoegd: de QC45-4, QC 45-5 en QC60-4. De nieuwe types, geschikt voor compact materieel, zijn leverbaar vanaf mei 2021.
Probleem bij veel automatische snelwisselsystemen is dat niet alle fabrikanten met dezelfde systematiek werken. Dat kan ervoor zorgen dat overstappen op een ander merk betekent dat ook alle uitrustingsstukken vervangen moeten worden. Een kostbare zaak. Het mag dus gerust revolutionair worden genoemd dat Rototilt en Steelwrist hebben besloten tot een gezamenlijk initiatief, dat moet uitgroeien tot dé standaard in de markt wat betreft automatische snelwisselsystemen. Beide Zweedse fabrikanten zijn hiertoe een alliantie aangegaan en hopen dat vele andere producenten hun voorbeeld zullen volgen. Eind vorig jaar kondigden ze daarom ‘Open-S’ aan. Zoals die naam al doet vermoeden betreft het een S-snelwissel, maar dan met een ‘open’ verbinding. Open in die zin dat machinisten bij het wisselen van draaikantelstukken en uitrustingsstukken met een Open-S sluitmechanisme er op kunnen vertrouwen dat deze compatibel zijn met elkaar, ongeacht van welke fabrikant deze zijn. Producten die aan de standaard voldoen zijn immers gemarkeerd met het nieuwe Open-S logo. “Open standaarden maken het dagelijkse leven zoveel gemakkelijker, of het nu gaat om stekkers in stopcontacten, telefoon- en computerkabels of snelkoppelingen van graafmachines. Open-S bouwt bovendien voort op de onafhankelijke en gevestigde standaard die al bestaat voor snelkoppelingen, de S-standaard”, verklaart Stefan Stockhaus, CEO van Steelwrist AB. Samen met Anders Jonsson, CEO van Rototilt Group, is hij initiatiefnemer van de Open-S. “Wij geloven in gezonde concurrentie, waarbij de spelers binnen de industrie wedijveren om de beste producten te leveren”, vult Jonsson aan. “We willen klanten alleen niet opsluiten in een gesloten interface. Als die een tiltrotator van Rototilt koopt, moet hij er zeker van kunnen zijn dat een ander hydraulisch uitrustingsstuk dat voldoet aan de Open-S standaard er zonder problemen op past.” Als het aan beide initiatiefnemers ligt sluiten concurrenten als Engcon en OilQuick zo snel mogelijk aan om idee tot een succes te maken. Open-S is eigendom van en wordt beheerd door een onafhankelijke organisatie, de Open-S Alliance, die op zijn beurt wordt geleid door een raad van technici van alle aangesloten bedrijven. Op dit moment zijn dat alleen nog Steelwrist en Rototilt, maar meer leden zijn van harte welkom. “Transparantie is waar het om gaat. Alle serieuze spelers die geloven in het belang van een gemeenschappelijke standaard zijn welkom. We zijn al in gesprek met meerdere fabrikanten die zich bij dit initiatief willen aansluiten”,
aldus Stockhaus.
Rammer, de fabrikant van sloophamers die verkrijgbaar zijn via ACDE, rust zijn hydraulische hamers in de Excellence Line uit met een sensor waarmee de prestaties, maar ook het verbruik en onderhoud van de hamers overal ter wereld kunnen worden bekeken. Het zogenoemde RD3 systeem kan ook achteraf worden gemonteerd op elke Rammer hamer die na 2009 is gebouwd. Rammer is daarmee de eerste fabrikant van uitrustingsstukken die het gereedschap standaard uitrust met externe gegevenstoegang. De RD3 verzendt zijn gegevens naar de cloud via een 2G/3G-netwerk. Wanneer een hamer in werking is, verzamelt de RD3 gegevens over de positie, locatie, bewegingspatronen, kanteling, temperatuur en gebruik (dat wil zeggen bedrijfsuren) en stuurt die gegevens terug naar een centrale locatie. Hij is ook uitgerust met een schoksensor met drie assen waarmee hij de spanningen en krachten kan meten die tijdens elk gebruik op de hamer worden uitgeoefend. Het in real-time kunnen volgen van de impact en het stressniveau van een hamer is een belangrijke ontwikkeling in de branche. Met meer gegevens bij de hand kunnen operatoren hun hamers nu effectiever gebruiken, waardoor de levensduur van elk gereedschap wordt verlengd.