Vorig jaar onthulde een studie van Deloitte in opdracht van Denuo dat de Belgische afval- en recyclingsector tweemaal zoveel CO2 bespaart langs de waardeketens als ze zelf uitstoot. Maar ook de sector zelf zal inspanningen moeten leveren om te verduurzamen. Met de lancering van een roadmap begin dit jaar wil de Belgische federatie van de afval- en recyclingsector haar leden op weg zetten om die missie waar te maken.
Een specifieke target heeft de afval- en recyclingsector niet opgelegd gekregen op weg naar een koolstofneutrale industrie in 2050. Maar voor niet-ETS-sectoren in België geldt dat ze in 2030 47% minder CO2 moet uitstoten dan in 2005. Daarvoor zullen we met zijn allen nog een versnelling hoger moeten schakelen. Denuo geeft alvast het goede voorbeeld met een roadmap voor de sector. “Het is niet omdat wat we doen als sector al zoveel bijdragen aan een beter milieu, dat we zelf niet de ambitie moeten hebben om het beter te doen. Met de komst van de CSRD-rapportage zijn de grote spelers al verplicht om vanaf volgend jaar te rapporteren over de inspanningen die ze daaromtrent leveren. Maar ook voor de kleinste kmo brengt dit wettelijk kader onrechtstreeks veranderingen mee. Omdat hun klanten zullen komen aankloppen voor concrete cijfergegevens”, legt Marine Ronquetti van Denuo uit.
Omdat bij deze bedrijven vaak de tijd, de middelen en het personeel ontbreken, reikt Denuo met zijn roadmap een helpende hand aan leden. “Ze kunnen zich sinds begin dit jaar symbolisch engageren om hun emissies terug te dringen door onze roadmap te onderschrijven. In ruil verwachten we dan dat ze de nodige acties ondernemen om, in eerste instantie, hun CO2-emissies in kaart te brengen en daar vervolgens acties tegenover te zetten om die terug te dringen.” Waar de meeste bedrijven zich in de haren over krabben is die eerste stap: de berekening. Vanaf september stelt Denuo daarom een tool ter beschikking om dat klusje te klaren. Die werd ontwikkeld in samenwerking met D-carbonize. “De bedoeling is om daaruit het grootste potentieel voor reductie te identificeren. In de jaarlijkse rapportage kunnen ze dan vertellen wat ze gedaan hebben om hun vooropgestelde doelen te realiseren en wat de volgende stappen zijn”, voegt Ronquetti toe.
Want deze roadmap wil vooral een dynamisch instrument worden dat als hefboom voor de hele sector kan dienen. “De roadmap zal mee evolueren naarmate we meer sectorale cijfers en indicatoren uit onze bedrijven krijgen. Dit zal geen dode letter blijven maar gebruikt worden om bijvoorbeeld te lobbyen en remmen op verduurzaming die bedrijven ervaren weg te werken. Maar we willen als federatie ook inzetten op kennisdeling en informatie-uitwisseling. Oplossingen die voor het ene bedrijf werken, kunnen dat misschien ook voor een ander.” Een heilige graal voor CO2-reductie in afval en recycling bestaat immers niet. Bij sommigen zal het logistieke plaatje het zwaarst doorwegen in de CO2-balans, bij anderen energievreters in de verwerking en nog anderen hebben te maken met verouderde gebouwen die veel vragen.
Wie zich engageert voor de roadmap zal dus ook inspanningen moeten leveren om het beter te doen. “Dat vraagt tijd en budget. Vandaar dat het zo belangrijk is om er vandaag aan te beginnen en een strategie op lange termijn uit te tekenen vooraleer het echt van moeten is. Maar ik geloof erin dat we samen in onze missie kunnen slagen. En dit is nog maar het begin. Duurzaamheid gaat breder dan alleen maar CO2-emissies. In de toekomst willen we onze leden ook stappen helpen zetten op vlak van ESG-criteria zoals watergebruik, inclusie, diversiteit …”, sluit Ronquetti af.