De voetafdruk van de zorgsector in Nederland is enorm. De zorgsector is verantwoordelijk voor ongeveer 7% van de uitstoot van broeikasgassen, 4% van het afval en 13% van het grondstoffengebruik. Voor risicohoudend medisch afval bestaat er vandaag geen andere oplossing dan de verbrandingsoven. Daar wil Blue2Green Recycling nu verandering in brengen. Begin volgend jaar nog zal een eerste installatie opgestart worden om medisch afval te decontamineren en te recyclen en zo de zorgsector te helpen om zijn voetafdruk te verlagen.
Met de Green Deal ‘Samen werken aan duurzame zorg’ stelt de Nederlandse zorgsector zich zeer ambitieuze doelen. Het wil tegen 2030 de CO2-uitstoot terugbrengen met 55% en het primair grondstofverbruik verminderen met 50%. “Een missie waar ze enkel in kunnen slagen door iets nuttigs te doen met de berg aan risicohoudend medisch afval waar ze vandaag op zitten”, opent Cees Duijn, directeur van Blue2Green Recycling. De zorgsector is zelf ook vragende partij, maar initiatieven bleven tot nu toe uit.
Met de oprichting van Blue2Green Recycling moet daar nu verandering in komen. Duijn: “De naam is niet toevallig gekozen. Risicohoudend medisch afval verdwijnt nu in blauwe vaatjes die mee de verbrandingsoven ingaan. We willen dat dus ombuigen naar een duurzamere, groenere oplossing.” Het uitgangspunt daarvan is de decontaminatietechnologie van Ecosteryl uit Bergen, die in Nederland verdeeld wordt door zusterbedrijf Du-Con Trade. Daar wordt ook nog de expertise van dat andere zusterbedrijf Innomax aan toegevoegd om tot een totaaloplossing te komen die het materiaal niet alleen decontamineert maar ook al recyclet, zodat het weer een nuttige toepassing kan krijgen.
Dat zal in eerste instantie gebeuren vanuit vijf platforms in Nederland, zodat ziekenhuizen en andere zorginstellingen binnen een straal van 50 km een centrale plek hebben om hun risicohoudend medisch afval naartoe te brengen. “Daar zullen we jaarlijks 3.000 ton kunnen verwerken, wat moet leiden tot een CO2-reductie van 3 kiloton CO2 elk jaar. Een enorme winst dus voor de zorgsector om de ambities waar te maken. De kringloop helemaal sluiten, dat lukt helaas niet. Gerecycled materiaal kan vooralsnog niet dienen voor medische- of voedingstoepassingen. Maar het kan wel een nuttige tweede leven krijgen. Want het zijn materialen (metalen, kunststoffen) die we hard nodig hebben”, weet Duijn.
Het eerste platform komt in Velsen-Noord. Vier innovaties zullen er samenkomen. Duijn: “Te beginnen dus met de technologie van Ecosteryl. Deze units hebben een capaciteit van 250 kg/uur en hebben zich reeds in 60 landen bewezen. Maar vreemd genoeg nog nergens in de Benelux. Het vergt dan ook wel wat inspanning om het wetgevend kader grondig uit te spitten om aan alle eisen tegemoet te komen.” De tweede innovatie is de recyclingtechnologie van Innomax. “Die zal de gedecontamineerde fractie recyclen in een RDF fluff fractie, Fe metalen, inerte fractie van glas en keramiek, en diverse kunststof kwaliteiten (PP, PE en PVC). De volgende stappen zijn dan voor gespecialiseerde verwerkers, waarmee we een partnerschap aangaan.” Een derde innovatie is het dashboard dat Blue2Green Recycling zal ontwikkelen, zodat elke zorginstelling precies ziet hoeveel afval er geleverd is en wat dat nu aan CO2-besparing oplevert. “Ten slotte zullen we ook de geurhinder elimineren door de toepassing van niet-thermische plasma. Onze vierde innovatie.”
De bedoeling is om het eerste kwartaal van 2024 te draaien en het proces verder te finetunen, zodat de installatie medio volgend jaar op volle toeren draait. Intussen is Blue2Green Recycling ook al begonnen aan de bouw van een tweede platform, in West-Brabant. “Voortgestuwd door de positieve energie vanuit de zorgsector. Ook al is de kostprijs van onze technologie momenteel nog hoger dan verbranding, toch is de CO2-besparing die ze kunnen realiseren een enorme drijfveer. We willen de minimumstandaard worden voor risicohoudend medisch afval, zodat verbranding enkel maar bij hoge uitzondering nog nodig is. In eerste instantie in Nederland, maar we hopen dit verhaal ook open te trekken voor Belgische zorginstellingen”, aldus Duijn.