Beheer van dienstvoertuigen en achtergelaten voertuigen van steden en gemeenten

Wist u dat steden en gemeenten hun dienstvoertuigen na gebruik niet zomaar mogen verkopen op de tweedehandsmarkt? De oudste en dus meest vervuilende dienstvoertuigen moeten verplicht naar een erkend centrum voor depollutie, ontmanteling en vernietiging. Hoe dit juist zit, leggen we uit in onderstaand artikel.

Steden en gemeenten mogen afgedankte voertuigen niet zomaar verkopen aan willekeurige partijen. Concreet gaat het om voertuigen die aan één van volgende criteria voldoen:

Deze voertuigen moeten worden verwerkt in door de OVAM erkende centra die gespecialiseerd zijn in het depollueren, ontmantelen en op een gecontroleerde en milieuverantwoorde manier verwerken van voertuigen. Dankzij deze centra wordt 93,5% van de afgedankte voertuigen gerecycled. Dit indrukwekkende resultaat is een van de beste in de EU, mede dankzij de voortdurende investeringen in recyclingtechnologie. De lijst van 109 erkende centra is te vinden op de website van Febelauto (www.febelauto.be > Vind je recyclagepunt).

Het doel is om te voorkomen dat oude en vervuilende dienstwagens, die zijn vervangen door milieuvriendelijkere alternatieven, worden verkocht aan willekeurige partijen en vervolgens elders in de wereld gaan vervuilen. Wanneer deze vervuilende wagens met een beperkte levensduur worden geëxporteerd, eindigen ze vaak op plaatsen waar weinig tot geen recycling plaatsvindt. Om dit te voorkomen, heeft de Vlaamse overheid samen met Febelauto en de OVAM een omzendbrief opgesteld: ‘Verwerving en vervreemding, gebruik en beheer van dienstvoertuigen (KBBJ 2021)’. Deze omzendbrief roept steden en gemeenten op om afgedankte dienstvoertuigen in eigen land te laten ­recyclen.

Het is raadzaam voor steden en gemeenten om deze omzendbrief op te nemen in hun wagenparkbeleid en hierover te communiceren naar de inwoners. Dit toont aan dat de stad of gemeente inzet op materialenrecuperatie, circulaire economie en klimaatverbetering. De OVAM zal bovendien controles uitvoeren om te verzekeren dat steden en gemeenten afgedankte dienstvoertuigen beheren volgens de wettelijke bepalingen. Door deze maatregelen kunnen we samen bijdragen aan een duurzamere toekomst en de negatieve impact van oude voertuigen op het milieu minimaliseren.